Te vroeg losgelaten

te vroeg losgelaten

Ik wandel met mijn hoogbejaarde moeder arm in arm door mijn geboortedorp en zie de gevallen, bruin glanzende, wilde kastanjes op de stoeptegels van het trottoir liggen. Ze hebben te vroeg losgelaten door de droogte van de afgelopen weken, het is pas eind augustus. De vruchten liggen nu doelloos op de grond en worden slechts opgeraapt door een kinderhand, die er hopelijk een fraai geweven spinnenweb van maakt met wol en grote satéprikkers. Met weemoed besef ik dat er dit jaar geen kastanjes in onze eigen tuin zullen vallen. Onze boom moest onlangs worden gekapt omdat hij ziek was.

Er is droogte ontstaan

Te vroeg losgelaten, dat geldt ook voor mijn kind Sara. Zij heeft het leven los moeten laten op zeventienjarige leeftijd, ze koos er zelf voor. Is het daadwerkelijk kiezen of is het een niet-anders-meer-kunnen dan op deze manier te eindigen? Net zoals bij de gevallen kastanjes is er in haar wezen een droogte ontstaan, een droogte die niet meer gevoed kon worden. Als moeder heb ik het proces van die ‘uitdroging’ langzaam zien ontstaan. Je ziet een kind dat de verbinding met zichzelf geleidelijk aan verliest, zich niet meer thuis voelt in haar lichaam, het zelfs gaat afstoten. De voedende stam waarlangs het water vanuit de wortels omhoog kruipt en de vruchten bevoorraadt, is gebroken als glas. Dit is een proces van jaren, het sluipt erin, totdat er geen weg meer terug is. In de natuur is er zonder verbinding met de voedende wortels geen leven, dan sterft het af. Zo werkte het ook bij mijn dochter: zonder verbinding kon ze niet leven.

Te vroeg losgelaten maar het leven laat haar niet los

Hoe pijnlijk is het dat de reguliere hulpverlening geen grip heeft gekregen op het proces van ons kind. En dat wij als ouders ook niet bij machte zijn geweest het tij te keren.

Zij heeft het leven te vroeg losgelaten, maar het leven laat haar niet los. Ze leeft voor mij nog intenser dan voorheen, in mijn handelen, in mijn schrijven, in mijn wandelingen. Manu Keirse, de Vlaamse rouwdeskundige, spreekt niet van loslaten maar van ‘anders leren vasthouden’. Niet meer fysiek vasthouden, maar de herinneringen bewaren in je hart, en erover spreken, zingen, huilen, lachen, dansen, alles mag, niks is te dol.

Lees de eerste blog van Elsbeth over haar dochter Sara

Op sokken met een rendiertjes-ochtendjas

Het eerste jaar na haar overlijden had ik steevast haar armbandje van houten kraaltjes om mijn pols. Ik draag nu nog steeds graag haar kleding, ook al is ze ruim drie jaar overleden. Favoriet is haar onderhemdje, lekker dicht op mijn huid, alsof ik haar op die manier nog kan strelen en koesteren. Haar oude, grijze joggingbroek slobbert vormeloos om me heen als ik in de tuin werk. Ongegeneerd loop ik er zo de supermarkt mee in, het is de broek van mijn kind hè, dus ik vind dat het kan. Op mijn schrijfochtenden zit ik  achter haar bureau te werken in haar rode, fleece ochtendjas mét rendiertjesprint! De jas is me eigenlijk iets te klein, maar wordt gedragen met liefde en warmte. Best hilarisch, ik ben bijna zestig en dan met rendiertjes op je lijf rondstruinen in je huis. Op sokken, ook dat nog. Sara zou zich enorm generen voor haar moeder, zoals een kind van zeventien dat mateloos kan doen op die leeftijd. Sorry Saar, maar niet heus.

Een nieuwe ronde van opruimen

Ik merk wel dat de behoefte aan nabijheid van haar fysieke spulletjes minder wordt. Haar armbandje ligt werkeloos op mijn nachtkastje, de hemdjes zijn geen ‘must’ meer om te dragen. Ben ik mijn kind dan toch meer en meer aan het loslaten? Potverdorie, dat was zeker niet de bedoeling. Het is echter tijd om weer eens een ronde te maken langs haar spulletjes en kledingkast, om te kijken waar ik nu afstand van kan doen. Het is zo fijn als deze op een goede plek terecht komen, waar ze met liefde worden gebruikt of gedragen.

Ik weef het grootste web ooit

Met mijn kleuterkind heb ik vroeger vele spinnenwebjes gemaakt, ze hingen te pronken voor het raam. Voorzichtig probeerde ze de wollen draad om en om rond de prikkers te manoeuvreren. Best een lastige beweging voor een jong kind, maar het resultaat loog er niet om, de ene knutsel was nog kleurrijker dan de andere.

Ik wil na de dood van mijn dochter dolgraag blijven weven, nog vele spinnenwebjes zelf maken. De korte draadjes van haar leven aan elkaar knopen tot een oneindig lange sliert. En met die sliert behoedzaam zigzaggen langs alle herinneringen en momenten van ons leven samen. Daarmee weef ik het grootste web ooit, waarin onze liefde en verbinding voor altijd bewaard zal blijven.

Elsbeth schreef een boek: ‘Moederhart vol rouw en liefde’ waarin ze vertelt hoe ze verder leeft met de rouw om haar dochter Sara, die op zeventienjarige leeftijd er zelf voor kiest haar leven te beëindigen. Te vroeg losgelaten. Het boek is verkrijgbaar via  www.elsbethkuysters.nl